Phnom Penh is weliswaar de hoofdstad van Cambodja, een echte wereldstad is het niet. Het is zeg maar het Zwolle van Azië, met alle respect. Ik geloof ook niet dat ik in een echte metropool heel gelukkig zou zijn, nee, Phnom Penh past prima (en het allitereert zo lekker).
Ik dacht dat ik totaal geen stadsmens was. Ik heb het platteland nodig, gras, koeien, wuivend riet en het geluid van vogels. Maar inmiddels heb ik mijn eigen oase in de stad gevonden. Ik hoor nog steeds vogels op mijn balkon en fietsen door de stad vind ik eigenlijk net zo leuk als over het plattelaand.
Omdat ik hier nu al een tijdje woon, krijg ik ook een soort van imago. Sindskort ben ik bijvoorbeeld de buitenlander met de piano. “Hè, waar komt dat lawaai vandaan?” “Oh, van die barang hiernaast.”
Ook weet ik dat andere mensen uit de straat me de koppige buitenlander vinden. Ik ben in hun ogen nog totaal niet ingeburgerd, want ik heb nog steeds geen brommer gekocht. I see you every day, why you not buy motobike?
Echter een kleine stad heeft ook zijn nadelen. Of nadelen, dingen waar je alert op moet zijn. Zo kan ik overal, en ik bedoel echt overal, leerlingen tegenkomen. Is dat erg? Nee. Soms weleens wat ongemakkelijk.
Net wanneer ik 4 uur achterop een brommer richting het zuiden heb gezeten en met rechtovereind staand haar over de pier naar de veerboot slenter, hoor ik achter me: “Miss Annemiek!” Twee leerlingen die ook naar hetzelfde eiland gaan. Of wanneer ik me net goed en wel geïnstalleerd heb tijdens een spaarzaam vrij moment aan de rand van een zwembad in een nieuwe bikini met een goed boek en een wuiv
ende palmboom ernaast (heel spaarzaam deze momenten) en naast me doet net een andere leerling een bommetje in hetzelfde zwembad. Blijkt het ook nog die ene adhd’er te zijn.
Of wanneer ik op een vroege zaterdagochtend over de markt loop boodschappen te doen en ik een fris-en-fruitige-familie van school tegenkom. Laat ik maar eerlijk zijn, op een vroege morgen ben ik vaak niet op mijn charmantst.
Ik vind het gewoon wat ongemakkelijk, maar ik ontkom er niet aan.
Toen ik afgelopen week in de wachtkamer van de huisarts zat, en ik zat er nog g
een kwartier (!), was ik al twee families van school tegengekomen. En ik zie ze denken; “Waarom zou Miss Annemiek hier zitten?”. Sommige kinderen zijn zo lekker eerlijk en die vragen dat gewoon. Ik had als antwoord natuurlijk kunnen uitwijden over schimmelinfecties op vreemde plekken, maar dat hoefde niet, want ik kwam gewoon
voor vaccinaties.
Sommige kinderen zijn ook wel zo eerlijk om te vertellen waarom zij in de kliniek zijn. Handig om te weten als ik ergens rekening mee moet houden op school. “We moes
ten naar de dokter, want mijn broertje heeft klei in zijn oor gestopt.”
De klei gaat maandag dus achter slot en grendel. Top.
Annemiek.
Willie says
Leuk verhaal Annemiek
Alieke says
Leuk verhaal weer An! Leest heerlijk! 🙂